Emmapolder, 26 juni 2010

Huzarenstuk in de Emmapolder

Nels Lont: 'Je moet onderaan in de voedsleketen beginnen' Foto: Leeuwarder Courant Milieuclubs dwongen nieuwe natuur af in ruil voor de belofte om nieuwe energiecentrales niet langer te dwarsbomen. 50 hectare beste landbouwgrond ten westen van de Eemshaven is er aan geofferd. De mannen van grondverzetbedrijf Van der Woude uit Vrouwen-parochie hadden er afgelopen winter een helse klus aan.

"Hé?" Nels Lont richt de verrekijker op de steile wand van zand en zeeklei. "Oeverzwaluwen. Ze graven nestruimte uit!" Hij klautert een paar meter verder omhoog en veegt het zweet van zijn voorhoofd. "Onvoorstelbaar. We zijn hier amper een week weg." "Daar. Kluten. Scholeksters. Bergeenden." Niet een paar. Kloften. "Tjee. We hebben eer van ons werk."

Lont beleefde een barre winter in de Emmapolder, pal achter de waddendijk. Met een ploeg van 45 man moest hij 50 hectare agrarische grond ombouwen tot natuurgebied. De omstandigheden waren vreselijk. "Sneeuw, ijs, modder, geen wegen om over te rijden, geen passeerplekken. En een tijdsdruk....dat wil je nooit meer meemaken. Zestien uur per dag werkten we. ledereen. Het was Eerste Wereldoorlog in Siberië."

PENSION

Afgepeigerd en zwart van de blubber keerden de mannen elke avond terug in het pension. Daar wachtten de troostrijke aardappelen met vlees en groente van Gieny Gangl uit Uithuizen. Zelf overnachtte Nels in een camper op het erf bij boer Gerko, ook bekend van 'Boer zoekt vrouw'.

In drie maanden tijd, vóór de start van het broedselzoen. moest de ploeg 25.000 dump-wagens grond hebben afgevoerd. Vijf-en-twintig-duizend. Natuur maken, dat is vooral afgraven. Een boete van €5 miljoen per dag dreigde voor elke dag te laat. "Zoveel kost een dag niet-bouwen aan een elektriciteitscentrale."

De ploeg fikste het. Voor de derde keer binnen een eeuw was het noordelijkste stuk Nederland herschapen. Het land, door slikwerkers gewonnen uit zee, door boeren omgeploegd tot akker, werd door de loonwerkers klaargezet voor de natuur. "Mensen zijn ijverig, hé", zegt Lont. "Het was een historisch project."

Geen journalist die het opmerkte, geen persfotograaf die het vastlegde. Terwijl het hele gebied op z'n kop stond. "Werkelijk overal lag scheepshuid, kilometers lang." De loonwerkers moesten hun eigen wegen maken en gebruikten daarvoor dikke, grote platen die ze als schubben over elkaar schoven. "Normale plaatjes krullen om als er een dumper met 17 kuub overheen gaat." Scheepshuid is 2 centimeter dik, 5 meter lang en 2,5 meter breed. "We bleven ermee slepen."

HAPJES

De grote bewegingen springen in het oog, maar natuur maken is heel secuur werk. Nels bukt bij een poeltje. "Je moet onderaan in de voedselketen beginnen. Je maakt een landschapje waarin de kleinste diertjes gedijen, insecten, kikkerdril, vliegjes. Dat zijn de hapjes voor de grotere dieren. En daar komen dan weer grotere dieren op af. En zo voort."

"Als we een talud maken, draaien we er direct wat kommetjes in. We gooien er prut in, en binnen zes weken heb je er libellen. Gegarandeerd. Heb je eenmaal libellen, komen de vogels ook."

In het plasje hebben steltlopers pootafdrukken achtergelaten. "Aan de pootjes kleven micro-organismen uit de Waddenzee. Die spoelen uit." Zo bouwen de vogels hun eigen voorraadkasten.

Poeltjes, rimpels, spoelgeulen, ze staan allemaal niet ingetekend op de werktekeningen die nog altijd in de keet op het erf van boer Gerko hangen. Met gele, groene, oranje en blauwe markeerstiften zijn globaal de kenmerken aangegeven. Water, heuvel, talud, dijkje. Voor de details vertrouwden de ontwerpers op het vakmanschap van Lont.

"Het belangrijkste is reliëf, schaduwwerking. Achter een heuvel maak je nog een heuvel. Je maakt plateaus op verschillende hoogte, met elk eigen poeltjes. Zo kijk je ïn het gebied, niet er óver. Dan voelt het warm aan." De vogels gerieft Lont door voor elk wat wils te bouwen. "Een steiler talud voor de ene soort, een vlakkere voor de ander."

"De jongens hebben veel om mij gelachen", zegt hij over zijn aanwijzingen. "Stond ik daar midden in de modder te dansen als een artiest om maar duidelijk te maken dat het richeltje nét iets hoger moest."

Op een van de percelen staat het gewas kniehoog. Dat zint Lont niet. "Veel te hoog voor weidevogels. Kieviten en grutto's kunnen er niks mee." Dat kan kloppen. Om hen is het in de Emmapolder niet te doen. Het gaat de milieuclubs in eerste instantie om de kustvogels. Bij hoog water is dit hun nieuwe toevluchtsoord.

GASKANON

Dat komt nauw. 20 meter verderop zijn de vogels al niet meer welkom. In het naastgelegen gerstveld stoot een rood gaskanon om de paar minuten een salvo knallers af.

Zo zijn er meer elementen in het landschap die precies laten zien welke belangen er gediend moesten worden. De kijkheuvels aan de zijkanten? Besteld door opdrachtgever Groningen Seaports, dat er draagvlak bij de burgerij voor de Eemshaven mee wil verdienen. De sloot die het gebied Reidhorn doorsnijdt? Een knieval aan de plaatselijke cultuurhistorische vereniging. De reusachtige bulten aarde tot ver buiten de Emmapolder? Zo werden de boeren goedgunstig gestemd.

"De boeren vonden de natuurplannen rampzalig", zegt Lont. Zij werden gepaaid met grond, waarvan ze zoveel mochten bestellen als ze wilden. De mannen van Lont brachten het tot achter Usquert voor de deur. Sommigen gebruiken het voor verschraling, anderen voor ophoging, weer anderen voor het dempen van sloten.

De laarzen gaan uit, de achterbak in. Lont staart door de coupure in de binnendijk naar het achterland. "Het hele gebied is enorm opgeleefd", zegt de uitvoerder, die door de jaren heen al bergen werk verzette in de Eemshaven. "Tot vijf jaar geleden waren de boerderijen vervallen, de huizen slecht onderhouden. En nu: één en al bedrijvigheid, pensions, restaurantjes. En ook nog plek voor de vogels. Mooi hoor."

Bron: Leeuwarder Courant