Stiens, 9 oktober 2010

De weg is het doel

Foto familie Koehoorn (gescand)

De pelgrimsroute naar Santiago blijft trekken. "Iedereen maakt de transformatie tot pelgrim mee", zegt Wiep Koehoorn, voorzitter van Stichting Jabikspaad Fryslan.

WIM SCHRIJVER

Hij laat zijn visitekaartje van de Stenden University zien. Wiep Koehoorn (52) is er senior consultant. Maar het gaat om de achterkant van het kaartje. Iedereen bij Stenden heeft daar een 'My Contribution Statement' staan. Dat van Koehoorn is kort en krachtig: 'Ultreia'. Het is de middeleeuwse pelgrimsgroet en -wens en betekent zoveel als: voorwaarts, ga door, geef niet op!

"Sinds ik in het onderwijs begon, ben ik gegrepen door het ideaal dat dit de sleutel kan zijn voor een betere wereld", licht hij toe. "Het klinkt idealistisch, maar ik geloof zeker dat onderwijs kan bijdragen aan de kwaliteit van het leven."

En ja, pelgrimeren kan die bijdrage ook leveren. Een pelgrimage kan je tot een ander mens maken. Lang had Koehoorn, lid van de Protestantse Gemeente te Stiens en naar eigen zeggen een nuchtere man, daar geen idee van. "Wij waren geen wandelaars." Maar zijn vrouw Durkje en hij zijn al jaren in de ban van de Camino, de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela.

Het begon met een bezoekje aan de Groate Kerk in Sint Jacobiparochie, het beginpunt van het Jabikspaad, de Friese start van de Camino. Ze kochten er een routeboekje van het Jabikspaad, dat aanvankelijk lang ongebruikt in de kast lag. "Toen onze oudste zoon zijn rijbewijs haalde, kon hij ons brengen en halen - dat deed hij natuurlijk graag - en zo zijn we op een zondagmiddag gaan lopen."

Koehoorn: "Als ik ergens aan begin, dan maak ik het ook af." En zo voltooiden de twee in etappes het Jabikspaad met als eindpunt Hasselt. "En dan begin je het leuk te vinden. Je raakt niet alleen getraind, maar je merkt ook hoe het is om andere mensen onderweg te ontmoeten en op plekken te komen die je vanuit de auto nooit ziet."

En vanzelf kwam de gedachte op: waarom lopen we niet door. De rest is, zoals dat heet, geschiedenis. In het begin liep het paar onregelmatig, maar de laatste jaren is het iedere zomer vaste prik: vier weken lang op de Camino. In augustus van dit jaar kwamen ze aan in het Franse Oradour-sur-Vayres. Van de 3300 kilometer naar Santiago hebben ze er nu 1800 afgelegd. "We hebben uitgerekend dat we - als we zo doorgaan - nog vier jaar onderweg zijn."

Er zijn mensen die het traject in één ruk, in vier maanden tijd, lopen. "Dat is voor ons niet te doen. We kunnen er allebei op het werk niet zo lang tussenuit." De Koehoorns doen het nu zo: op een camping maken ze een 'thuisbasis' met twee dagtrajecten ervoor en erna. Met de auto gaat het 's ochtends naar het eindpunt van het dagtraject, dan gaan de fietsen eraf en fietsen ze naar het begin. Na aankomst halen ze met de auto weer de fietsen op.

"We zijn niet de sobere pelgrims van de middeleeuwen. We hebben moderne middelen en maken daar ook gebruik van. Het is voor ons vakantie en we doen het op een manier waarvan we bovenal kunnen genieten. Ja, er zijn natuurlijk dogmatische pelgrims, maar over het algemeen wordt onderweg geaccepteerd dat ieder op de Camino voor de eigen omstandigheden passende oplossingen zoekt."

Hoe zuidelijker je komt, hoe drukker het op de route wordt. Dat is een belangrijk deel van het geheim van de pelgrimsweg, zegt Koehoorn: deel uitmaken van een gemeenschap met die ene samenbindende factor: de uiteindelijke bestemming. "Die bestemming heb je nodig, maar de weg is het doel." Hij legt uit:

"Zo'n enorme afstand is niet te overzien. En daardoor ben je veel meer gefocust op de weg zelf. En dat doet iets met je."

"We hebben zelf ondervonden dat je begint als een wandelaar, dat je sportief bezig bent en de natuur en cultuur beleeft. Maar onderweg onderga je een transformatieproces, van wandelaar naar pelgrim. Je leert bijvoorbeeld waarderen wat andere mensen aan 'vroomheid in hout en steen' hebben achtergelaten. Naarmate je verder komt, groei je steeds meer naar het spirituele toe. Niemand weet hoe dat komt, maar het gebeurt."

Je beseft dat je deel uit maakt van een bonte stoet mensen van eeuwen, van grote zondaren en van heiligen. En op een gegeven moment weet je dat het pad je gepakt heeft, je herkent het gevoel: ik ben ook pelgrim en ik blijf pelgrim. Ik ben onderweg en ik blijf onderweg. Dat raak je nooit meer kwijt.

Er is veel gedacht en geschreven over het geheim van de Camino. Bijvoorbeeld over het effect van de leylijnen - de banen van energie - of het lopen onder de Melkweg. Koehoorn wijst ook op wetenschappelijk onderzoek, dat aantoont dat door fysieke inspanning de verslavende stof dopamine vrijkomt. „Dat zou een deel van de verklaring kunnen zijn dat pelgrimeren verslavend is. Want dat is het. En ik merk ook dat het wandelen iets helends heeft. Dat komt door die combinatie van fysieke inspanning en gemeenschapszin."

„Het verrijkt je leven. Je weet: het gaat altijd anders dan je dacht, maar het komt altijd goed. En je leert ook leven met je grenzen. Je kunt wel een veel te grote afstand willen lopen, maar aan het einde van de dag weet je echt wel: nu moet ik stoppen. Morgen is er weer een dag. Dat is met het lopen zo, dat is in je werk zo en dat is in het hele leven ook zo." Pelgrim worden, overkomt ook veel mensen die niet kerkelijk zijn. Koehoorn: "Het is geen bekeringspad, maar hoe is het toch mogelijk dat het zoveel met mensen doet, dat zelfs degenen die niet religieus zijn, spreken van een religieuze ervaring? Uiteindelijk weet je niet hoe dat gebeurt. Dat is het mysterie."


Friese Pelgrimsroute

Al sinds de vroege middeleeuwen is de pelgrimsroute naar het Spaanse Santiago de Compostela befaamd. De Jakobsweg of, in het Spaans, Camino heeft als eindpunt de kathedraal in Santiago, waar het graf van de apostel Jacobus (de Meerdere) zich zou bevinden. In de elfde eeuw gingen pelgrims vooral met een spiritueel doel op pad. Al lopend wilde men God ontmoeten. Vier eeuwen later was boetedoening een voorname drijfveer. Je kon een zware misdaad afkopen met een boetebedevaart ('wandelende reclassering'). In later eeuwen speelde vooral het romantische ideaal een grote rol: het pure leven in de natuur.

Foto LC/Jan de Vries (gescand)

Het Jabikspaad is de Friese aanloop op de pelgrimsroute, die voert van Sint Jacobiparo-chie naar Hasselt in Overijssel -een traject van 150 kilometer. De Stichting Jabikspaad Fryslan werd ruim tien jaar geleden opgericht om het traject, ook letterlijk, weer op de kaart te zetten.

Op dit moment is de stichting drukdoende met de inrichting van een Pelgrimscentrum in het voorportaal van de Groate Kerk in Sint Jabik. Dit Friese startpunt van de Camino zal naar verwachting in het voorjaar van 2011 worden ingewijd. De stichting droomt ervan dat kerken langs het Jabikspaad echte pleisterplaatsen worden. "Voor een pelgrim gaan in Frankrijk en Spanje veel deuren, niet alleen fysiek, open. Het zou geweldig zijn als we dat hier ook kunnen bereiken. We hebben gezien dat er mogelijkheden te over zijn om kerken open te stellen. Zo zijn er kerken op de route waarin een hek staat, zodat het portaal altijd vrij toegankelijk is." Hij is dan ook ingenomen met de plannen voor het klooster Nijkleaster in Jorwert, dat ook nadrukkelijk een stille rustplaats langs het Jabikspaad wil zijn.

Een andere wens van Koehoorn: het dichten van het gat in de pelgrimsroute tussen Hasselt en Maastricht. "Je moet op dat stuk nu je eigen weg kiezen. Wij hebben het Hanzes-tedenpad en het Pieterpad gelopen. Maar er is nog geen doorgaande pelgrimsroute."

Bron: Leeuwarder Courant