Bij de opknapbeurt van de Van Harenskerk in Sint Annaparochie is dit jaar een groot aantal – vooral kleine – archeologische vondsten gedaan.

Amateur-archeologen Hendrik de Jong en Jan Veltman van het Argeologysk Wurkferbân van de Fryske Akademy bekeken de weggegraven grond en speurden met een prikker de bodem af naar ondergrondse verhardingen. Samen met het Genealogysk Wurkferbân bogen zij zich over de resten van graven en zerken.

Er zou eerder op deze plek een houten kerk hebben gestaan, maar hiervan werd geen spoor gevonden. Wel doken er veel scherven en allerlei resten van gebruiksvoorwerpen op.Het gaat bijvoorbeeld omtientallen gebrandschilderde glasscherven. "Zij maakten waarschijnlijk deel uit van het wapen van Friesland in een door de Staten bij de totstandkoming van de kerk geschonken glas", meldt het verslag.

Er werden enkele resten van zeventiende- en achttiende-eeuwse Duitse steengoedkruiken gevonden. Verder waren er voorbeelden van allerlei soorten populair aardewerk uit de afgelopen eeuwen. Aan sommige scherven kleefde kalkspecie: zij zijn in het verleden mogelijk gebruikt bij het witten van muren.

Zoals altijd bij kerkonderzoek doken er talrijke munten op, bijvoorbeeld een zilveren schellingrijder uit 1691. Naast een handvol andere munten uit de zeventiende en achttiende eeuw gaat het vooral om kleine geldstukken uit de afgelopen twee eeuwen, waaronder zelfs muntjes van 10 en 50 eurocent.

Andere intrigerende vondsten waren een Matchbox-speelgoedautootje uit 1973, een musketkogel, een nikkelen theelepeltje en drie steekbeitels.

Ook botten van gegeten dieren en pijpensteeltjes kwamen tevoorschijn, evenals een overblijfsel van een zestig jaar oud sigarettenpakje van The Three Castles.