Genealogie van de DankertsDe Danckerts vóór Danckert Taeckes.Zoals in het vorige hoofdstuk al vermeld komen er in de eerste Bildtrekening, die van 1527/28, twee "meijers" voor met de naam Dankert.Cornelis Danckartsz. heeft ruim 25 morgen in de Engelsmans cavel, oostelijk van de Oude Rijd bij Oude Leije, in pacht. In 1536/37 is hij nog steeds de huurder maar een zekere Thoenis Eeuwoutsz. is dan de gebruiker. Zijn zoon Danckert Cornelisz. huurt in 1547/48 zo'n 14 morgen zuidoostelijk van Oudebildtzijl. In 1566 leeft hij niet meer want dan is zijn weduwe de huurster. Hartman Sannes, schrijver van de vier delen "GESCHIEDENIS VAN HET BILDT", verhaalt in deel I over de onrust onder de Bildtse meijers rondom 1525. De gerechtigden in naam van Keizer Karel V dachten hun rendement te kunnen verhogen door tussentijds een nieuwe inschrijving te houden. Maar de zittende huurders pikten dat niet zodat "sulcken rumoer onder den volcke op dat Bilt" ontstond, dat de hoge heren vreesden voor opstand. Er zaten al zes huurders, waaronder genoemde Cornelis Danckartsz in het gevang in Leeuwarden. De vrije inschrijving ging niet door. De tweede Dankert in de Bildtrekening van 1527/28 was Jacob Danckertsz. met 35 morgen in de Pieter Scaerts cavel bij Berlikum. Tien jaar later heeft hij 41 morgen in huur en daarna komt hij niet meer voor. Nyeuwen Anwas geheeten 't Buijtenbildt In 1541 werd het land vóór de zeedijk, nu de Oudebildtdijk, uit naam van de Keizer voor het eerst verpacht. In de Bildtrekening 1542/43 lezen we: "ontfanck vanden nyeuwen Anwas geheeten 't Buijtenbildt: de eerste acker beginnende vande nyeuwen Zijll (Oudebildtzijl dus) westwaerts opgaende, vijfftich roeden breet langs den dijck heeft gepacht: Adriaen Danckerts om £ 15". Hij huurde ook de tweede kavel. In 1554/55 staat Adriaen te boek als huurder van de eerste drie kavels. Zijn weduwe heeft in 1566/67 en 1574/75 de eerste kavel nog in huur. Patoor Dankert Fransz. In de eerste eeuw van het Bildt komen we ook nog een Danckaert Fransz. tegen. Uit de rekening van "Claes Albrechtsz. Raet, Ontfanger vanden Ommeslagen vander Bildt in den jare 1575" blijkt, dat vier keer 30 £ wedde is uitbetaald aan Danckaert Fransz., Pastoor van St. Jacobiparochie. Pastoor Danckaert komt in 1580 voor de laatste keer voor in de rekening. Dat hield uiteraard verband met het afschudden van het Spaanse juk en het afzweren van het roomse geloof in deze contreien. Toen de Friese Staten rond dat jaar het roomse geloof hadden verboden konden de geestelijken kiezen tussen bekeren of vertrekken. Koster-schoolmeester Jan Jansz. In 1570 heeft koster-schoolmeester Jan Jansz. in St Annaparochie in opdracht van de Rentmeester van de Staten van Friesland "een Caertken van des Mats. Biltlanden ende uytergorssen mette Dammen ende alle die huysen van de Pachters" gemaakt. Ten zuiden van Oude bildtzijl vinden we de bezittingen van "d' Olde Arjen Joosten". Op 13 mei 1605 droeg Crijntgen Lenartsdr. weduwe van Aeryen Joosten d'Olde te Vrouwenparochie haar 26 morgen gebruikte Bildtlanden met huis en schuur over aan Danckert Dircxz., haar schoonzoon want hij is getrouwd met Auck Aeryensdr. Crijntje houdt voor zichzelf nog 7 morgen aan en er wordt bepaald, dat ze "die camer tot mijn believen soo lang ick leve" mag gebruiken. Rebel Danckert Dircksz. Omstreeks diezelfde tijd is er een hooglopend geschil tussen de Staten van Friesland en de pachters van Bildtplaatsen. Gedeputeerde Staten geven twee leden van hun College (Boelens en Viersen) opdracht "de huijzingen, hovingen en verdere dependentiën van dien van nog een 12-tal Bildtmeijers door de Heren van den Hove te doen tauxeren". Eén van die twaalf was Danckert Dircksz. In de Rentmeestersrekening van 1633/34 staat een lijst met verkochte plaatsen. Onder post 500 staat daar: "Sijmen Faber c.s. als coper van Danckert Dirx sate voor stuivergeld en 1e termijn coop-penningen 2.583 -- 6 -- 0". Overigens blijft Danckert Dircksz. deze schande bespaard want hij is dan al overleden. |